
Milieuactivist Merijn Tinga heeft zijn nieuwste missie voltooid. Op een sup-board (stand-up paddle) voer hij twaalfhonderd kilometer de Rijn af naar de Noordzee om onderweg aangetroffen plastic zwerfafval te verzamelen. Met dat afval wil hij nu de betrokken kunststofbedrijven confronteren.
Het fysieke deel van de expeditie van Merijn Tinga, die beter bekend is als de Plastic Soup Surfer, kwam gisteren in Leiden ten einde. De expeditie van Tinga begon in de Zwitserse Alpen bij de bron van de Rijn en eindigde symbolisch bij de monding in de Noordzee bij Hoek van Holland. Vervolgens peddelde de Plastic Soup Surfer verder voor de kust langs naar Katwijk en terug de Oude Rijn op naar zijn woonplaats Leiden. (video)
De confrontatie
Met het volbrengen van de expeditie begint de missie van Tinga feitelijk past. "We gaan terug stroomopwaarts en we gaan de ceo’s van het verpakkende bedrijfsleven en de industrie met tussenkomst van een deurwaarder confronteren met hun eigen plastic afval dat we in de Rijn hebben gevonden."
De deurwaarder
Inmiddels staan bijna zeven deurwaarders (‘bijna acht’) klaar om met het aangetroffen afval plus een juridisch document (het zogenoemde desbewustheidsexploot) de directiekamers binnen te lopen. "Het doel ervan is de ceo’s te wijzen op hun rol en verantwoordelijkheid waar het gaat om vervuiling met plastic van ons milieu, onze rivieren en onze zeeën. Ceo’s zijn beslissingsbevoegd en kunnen hun macht laten gelden daar waar het gaat om de ontwerpen van de verpakkingen, het gebruik van alternatieve materialen, de communicatie naar de consument én het meewerken bij de invoering van statiegeld op kleine drankverpakkingen."
Tien deurwaarders
Zodra er voldoende steun is voor tien deurwaarders zal Tinga de eerste lijst met ceo’s en hun bedrijven bekend maken. "Er zijn honderd mensen nodig voor een deurwaarder. Een aandeel in een deurwaarder kost vijf euro."