7 jun. 2016
2 minuten
Waternet en Staatsbosbeheer hebben een manier van hergebruik gevonden voor hun restmateriaal. Samen met NPSP is een bio-composiet ontwikkeld op basis van natuurvezel en calciet.
Het omzetten van restmaterialen in bio-composiet verlaagt de CO2-voetafdruk. Broeikasgassen die bij de traditionele route zouden vrijkomen worden nu ‘vastgelegd’ in een product en bij het einde van de levensduur van dat product alsnog nuttig gebruikt. Als de restmaterialen op de traditionele manier worden behandeld, komen broeikasgassen door rotting en verwerking in het milieu terecht en nuttige materialen als vezels worden afgebroken. In de nieuwe keten worden de natuurlijke vezels gebruikt in een product waardoor de broeikasgassen in het product worden vastgelegd, men spreekt dan van een CO2-sink. Bij einde levensduur van het product kan het restmateriaal worden omgezet in groene energie waardoor ook de broeikasgassen nuttig worden ingezet.
Geen glasvezel
Een groter duurzaamheidsvoordeel ligt in het vervangen van glasvezel door deze natuurvezel in composiet. Op basis van eerste testresultaten op Nabasco 8010, met 82 procent bio-circulaire grondstoffen, blijkt er meer dan twee kilogram CO2 per kilogram glascomposiet te worden bespaard. Dit materiaal is inmiddels op grotere schaal te produceren en komt qua kosten sterk in de buurt van conventionele materialen. Waternet en NPSP hebben als voorbeeld een straatbank van bio-composiet gemaakt. Verder zullen op korte termijn meer demonstratieproducten worden gemaakt om de praktische haalbaarheid bij potentiële gebruikers te onderzoeken. Men denkt aan zaken als meubilair, dienbladen, fruitschalen, damwanden, peilschalen en straatnaamborden.
Vijf aardbollen
Als de mens op de huidige manier van leven en werken doorgaat, hebben we op termijn vijf aardbollen nodig om alle wereldburgers naar ons welvaartsniveau te tillen. Maar we teren nu al in op de schaarse bronnen. Waternet zegt continu op zoek te zijn naar duurzame oplossingen om de belasting op het milieu zo veel mogelijk te beperken. Waternet onderzoekt hoe zijn restmaterialen en afvalstoffen kunnen terugkeren in nuttige producten. Hierbij is het van belang de hele keten te beschouwen – van ex-afvalproduct naar grondstof, eindproduct en consument. Een goede samenwerking met ketenbedrijven en het mkb is een must om voldoende kwaliteit en aanbod te kunnen garanderen, aldus NPSP. ‘Het perspectief is dat restmaterialen duurzamer en kosteneffectief worden verwerkt en omgetoverd in duurzame nuttige producten.’
Restmateriaal
Waternet en Staatsbosbeheer beschikken over grote hoeveelheden restmaterialen zoals riet, bermgras, waterplanten, calciet en cellulose. In plaats van deze materialen te laten wegrotten of af te voeren, onderzoeken Waternet en Staatsbosbeheer opties voor nuttig hergebruik. Vanuit deze ambitie zijn Waternet en Staatsbosbeheer in contact gekomen met NPSP, die ervaring heeft in het vervaardigen van duurzame, vezelversterkte kunststoffen voor bouw, design, mobiliteit en industrie.
Nature based
Natural Powered Speed Products (NPSP) is opgericht in 1998 en zegt koploper te zijn in het verduurzamen van vezelversterkte kunststoffen. NPSP werkt op alle fronten om de milieubelasting terug te dringen: natuurlijke grondstoffen, productietechnieken die vooruitlopen op de wetgeving en producten met een goede prijs-kwaliteitverhouding die langer meegaan en minder afval genereren. Composieten van NPSP hebben het label van nature based composites (Nabasco).
Anderen lazen ook
