20 mrt. 2012
2 minuten
PlasticsEurope publiceert voor de eerste maal vergelijkende gegevens over het nuttig hergebruik van afval van kunststof bouwmaterialen in Europa. De studie toont aan dat het nuttig hergebruik van kunststoffen in bouw- en sloopafval toeneemt, maar dat er grote verschillen blijven tussen de landen.
Er is heel wat informatie ter beschikking over het nuttig hergebruik van kunststof verpakkingsafval in de verschillende Europese landen. Tot nu toe waren er echter weinig gegevens over wat er gebeurt met het afval afkomstig van het gebruik van kunststoffen in bouwproducten. Nochtans is de bouwsector de tweede belangrijkste markt voor kunststoffen.
Om deze lacune op te vullen heeft PlasticsEurope, de Europese vereniging van kunststofproducenten, een onafhankelijke studie laten uitvoeren over de bestemming van het kunststof bouw- en sloopafval in de 27 lidstaten van de Europese Unie (EU-27), plus Noorwegen en Zwitserland.
In totaal voor Europa vond in 2010 al 56,2% van de kunststoffen in het bouw- en sloopafval een nuttige bestemming, via een combinatie van recyclage (20%) en energieproductie (36,2%). Ten opzichte van de 51,9% nuttige toepassing in 2009 is dit een duidelijke vooruitgang die het resultaat is van een positieve evolutie in het beheer van het kunststof bouw- en sloopafval.
De studie toont echter aan dat er zeer grote verschillen zijn tussen de landen onderling. Duitsland is een goed voorbeeld van wat men kan bereiken met een goede mix van infrastructuur en regelgeving: onze oosterburen recupereren 96% van het kunststof bouw- en sloopafval, terwijl in Italië en Spanje nog meer dan 80% naar de stortplaats gaat!
In andere landen is het beeld wat meer genuanceerd. Het Verenigd Koninkrijk heeft het hoogste recyclagepercentage (31,5%), maar bij gebrek aan verbrandingscapaciteiten wordt nog altijd twee derden afgeleid naar stortplaatsen. Daartegenover is de hoge recuperatiegraad van meer dan 80% in Benelux en in de Scandinavische landen vooral te danken aan hun focus op energierecuperatie.
Een andere interessante bevinding is dat er relatief weinig kunststofafval vrijkomt in de bouwsector, in verhouding tot de totale hoeveelheid kunststofafval. Hoewel ‘Bouwproducten’ 20% vertegenwoordigen van de totale kunststoffenproductie, vertegenwoordigt deze markt slechts 5.5% van het kunststofafval. De verklaring hiervoor is dat kunststoffen nog niet zo lang gebruikt worden in de bouwsector, terwijl de toepassingen van kunststof in de bouw juist gekenmerkt worden door een zeer lange levensduur. Maar het aandeel van kunststoffen in het bouw- en sloopafval zal in de volgende decennia sterk stijgen naarmate meer recente bouwwerken aan het einde van hun leven komen.
De industrie werkt al enige tijd aan een beter beheer van het afval afkomstig van het toenemend gebruik van kunststofproducten in de bouw, via vrijwillige verbintenissen zoals het VinylPlus programma voor een duurzaam ketenbeheer van PVC.
Ondanks de vaststelling dat het volume van kunststoffen in het bouw- en sloopafval vandaag nog beperkt is, ligt de 56,2% nuttig hergebruik in lijn met de 57,9% nuttig hergebruik van plastic afval in zijn geheel. De Europese kunststofindustrie streeft naar een verdere verhoging van het nuttig hergebruik met als concrete doelstelling dat tegen 2020 geen kunststofafval meer wordt gestort.
Download hier een samenvatting van het rapport.