
In 2003 begon extruderleverancier Battenfeld een rechtszaak tegen het Chinese bedrijf Donghua Machinery wegens inbreuk op intellectueel eigendom. Eind 2010 heeft een Chinese rechtbank het huidige battenfeld-cincinnati in het gelijk gesteld.
De zaak begon in 2003, toen Battenfeld Donghua voor de rechtbank beschuldigde van het illegale gebruik van vertrouwelijke documenten om het PO 450 buisextrusiesysteem te kopiëren. Deze extruders werden door de Chinese dochter van Battenfeld gebouwd in China. Al in 2007 stelde de rechtbank Battenfeld in het gelijk, maar Donghua ging tegen de uitspraak in beroep. De rechter heeft nu opnieuw in het voordeel van Battenfeld beslist, en legde Donghua een boete op van 76.000 dollar.
Het oorspronkelijke verweer van Donghua Machinery luidde dat de PO buisextrusietechniek, die battenfeld-cincinnati beschouwde als intellectueel eigendom, in feite publiek bezit was en kon worden verkregen door ‘omgekeerde ontwikkeling’ nadat het product op de markt was gekomen.
battenfeld-cincinnati kon echter bewijzen dat de technische informatie uniek was en op geen enkele wijze ooit openbaar was gemaakt en dat het onmogelijk was om de onderdelen na te maken door een eenheid te demonteren en opnieuw te tekenen. Donghua Machinery kon bovendien niet aantonen dat het de betreffende techniek onafhankelijk had ontwikkeld.
‘De uitspraak toont aan dat het de moeite waard is om te vechten voor je rechten, vooral als het gaat om kennis die met veel kosten en moeite is ontwikkeld’, aldus Jürgen Arnold, algemeen directeur van de battenfeld-cincinnati groep.
Ga voor meer informatie naar de website van battenfeld-cincinnati.