Borealis maakte in 2009 een nettowinst van 38 miljoen euro; in 2008 was dit nog 239 miljoen euro. Het resultaat werd sterk beïnvloed door de economische crisis, die in 2009 op volle sterkte toesloeg. Dit leidde tot een aanzienlijke afname van bestedingen door de consumenten en door de industrie, en tot gevolg had dat de marges bij de polyolefinen onder druk kwamen te staan. Verder waren de kosten bij Borealis relatief hoog door het opstarten van de 350.000 tons LDPE-fabriek in Stenungsund (Zweden) en de naderende ingebruikname van Borouge 2. Om concurrerend te kunnen blijven werd besloten de HDPE-fabriek in Beringen (België) eind maart te sluiten.
In het Midden-Oosten wordt de jaarlijkse productiecapaciteit van het petrochemische complex in Ruwais, Abu Dhabi, verdriedubbeld tot 2 miljoen ton PE en PP met het opstarten van Borouge 2 medio 2010. Om de groeiende markt in Azië te kunnen bedienen wordt in Shanghai een compoundeerfabriek gebouwd en in China en Singapore logistieke centra. Het Borouge 3 project is in gang gezet, waardoor de polyolefinecapaciteit aan het eind van 2013 met 2,5 miljoen ton wordt vergroot.
‘2009 was een moeilijk jaar voor de kunststofindustrie. Wij hadden te kampen met de economische crisis, een afname van de vraag en nieuwe capaciteit in het Midden-Oosten. Dit alles leidde tot krappere marges’, aldus Mark Garrett, CEO van Borealis. ‘Het financiële resultaat was lager dan in de topjaren, maar in het licht van de recessie leverden we een goede prestatie. Met de inbedrijfname van twee nieuwe fabrieken, veel nieuwe capaciteit in het Midden-Oosten en nog steeds een moeilijke economische situatie, verwachten we dat 2010 nog moeilijker zal zijn dan 2009’, verwacht Garrett.
Ga voor meer informatie naar de website van Borealis.