Een strategie van ‘prijs voor volume’

Foto van: redactie
Geplaatst door redactie

De prijzen van de meeste kunststof commodities zijn in maart gestegen. Dat heeft niets te maken met een aantrekkende vraag: de totale industriële productie blijft liggen op het extreem lage niveau van sinds de recessie. Het productievolume is gemiddeld zo’n 20 procent gedaald, aldus berekeningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Voor de kunststof- en andere aardolie-gerelateerde branches kan men daar zo’n tien procent bij optellen.

Nee, de oorzaak is waarschijnlijk dat in de chemische industrie het aanbod in lijn is gebracht met de vraag, en dat het voor grondstofaanbieders onacceptabel is om nog langer producten te verkopen tegen prijzen waarvoor men ‘het eigenlijk niet kan maken’. Men kiest nu kennelijk voor een strategie van ‘prijs voor volume’.

Toen begin maart bleek dat de aangekondigde prijsverhogingen van kunststoffen deze keer een soortement ononderhandelbaar bleken, besloten vooral de kleinere MKB-bedrijven dan maar minimaal in te kopen. Het gevolg van dit strategische steekspel is dat de prijzen voor bijvoorbeeld de diverse typen PE en PP met 30 tot 70 euro per ton waren gestegen rond het midden van de maand maart.

Deze prijsverhogingen lijken dus logisch, gezien het wel erg diepe dal van de kunststofprijzen en het drastisch ingeperkte productievolume van de chemische industrie. Toch zijn veel kunststofverwerkers ervan geschrokken, zo valt te lezen in de vakmedia. Die schrik wordt mogelijk verklaard door het feit dat zij het in deze recessie al heel moeilijk hebben: wanneer herstel van de vraag uit eindmarkten uitblijft, helpen lage grondstofprijzen om de kosten terug te dringen en deze moeilijke tijden te overleven. Als aan de voorkant de kosten nu weer gaan oplopen, terwijl aan de achterkant niet meer producten de fabriekspoorten verlaten, dan is Leiden in last.

Altijd op de hoogte blijven van de actuele ontwikkelingen in de kunststofsector? Neem dan nu een abonnement op Kunststof en rubber.