Na schade en schande behoefte aan scholing

Foto van: redactie
Geplaatst door redactie

In de chemische industrie is de trend dat kunststof staal vervangt als constructiemateriaal voor bijvoorbeeld opslagtanks en buisleidingen. In deze industrietak ontbreekt het echter
geregeld aan de kennis en kunde om kunststofdelen adequaat te lassen.

Op de foto: het lassen van fluorthermoplasten vereist een speciale techniek en voorzieningen. Hierbij is de juiste training een must.

Dit leidt dan tot faalproblemen en soms gevaarlijke situaties. Door schade en schande wijs geworden, groeit vanuit deze industrie de vraag naar scholing op het gebied van het verbinden van kunststoffen. Maar dan doemt een volgend probleem op: ervaren docenten zijn nauwelijks te vinden.

Het lassen is in de chemische industrie en infra-sectorveruit de meest voorkomende verbindingstechniek voor onder meer kunststoffen. Dit in verband met de krachten en chemische belastingen die kunststof constructiedelen moeten kunnen verdragen. ‘Er is in de industrie – vooral in de chemische industrie – de laatste jaren een grote behoefte ontstaan aan docenten die vaklieden leren hoe kunststoffen te lassen. Je kunt het zien als een inhaalslag. Het afgelopen jaar heb ik 300 mensen opgeleid,’ aldus Ietzen Barelds, werkzaam voor TI Plastics in Enschede, die al een lang lasleven achter de rug heeft.

Zo zette hij bij Plasticon The Netherlands tientallen jaren geleden al eens een lasopleiding op, die daar nu overigens niet meer wordt gehouden. Toch sluit zelfs een ervaren rot als Ietzen Barelds zichzelf jaarlijks een week op om in Duitsland het laatste nieuws over het verbinden van kunststoffen te vernemen. Er wordt namelijk constant meer bekend over de vraag hoe allerlei kunststoffen zich het beste laten verbinden onder verschillende soorten omstandigheden. Barelds vertelt welk soort bedrijven zoal bij hem aankloppen. ‘Het kan gaan om werknemers van grote bedrijven zoals Corus, Plasticon en allerlei chemische bedrijven in havengebieden, maar ook om aannemers die door dergelijke bedrijven worden ingehuurd, zoals GTI. Ook van hen wordt meer en meer verlangd dat zij met kunststoffen kunnen werken; het onderhoudswerk vindt immers geregeld – en in toenemende mate – plaats aan leidingen of installaties die niet meer gemaakt zijn van staal, maar van kunststof. Het lassen van kunststoffen is iets heel anders dan het lassen van staal. Daarvan is echter niet elke betrokkene in de industrie zich bewust.’

Lees het hele artikel in Kunststof en rubber 10: verschijningsdatum 11 oktober 2008