Mogelijk zal er een herziening plaatsvinden van de verpakkingswetgeving in België. Hierdoor dreigt delocalisatie van productie en tewerkstelling naar het buitenland.
De Belgische ministers van milieu onderhandelen over een herziening van het Interregionaal Samenwerkingsakkoord betreffende de preventie en het beheer van verpakkingsafval van 30 mei 1996.
De verpakkingsindustrie (de papierverwerkende www.fetra.be[FETRA], de kunststofverwerkende www.federplast.be[FEDERPLAST] en de grafische sectoren www.febelgra.be[FEBELGRA]) waarschuwt voor catastrofale gevolgen voor een aantal bedrijven in België die actief zijn in productie van serviceverpakkingen. De serviceverpakkingen zijn inpakmateriaal – potjes, zakjes, dozen, inpakpapier en folies – die in de winkel of op het verkooppunt zelf worden gevuld of gebruikt bij levering aan de klant.
In de huidige wetgeving is het de winkelier die hiervoor de ‘verpakkingsverantwoordelijke’ is, net zoals alle andere bedrijven die verpakkingen gebruiken om hun goederen aan de man te brengen. Om aan zijn verplichting als verpakkingsverantwoordelijke te voldoen, kan hij aansluiten bij Fost Plus, en een Groene Punt bijdrage betalen om de inzameling en het recyclen van verpakkingsafval te helpen financieren.
In het bestaande systeem wordt voor 76% van de serviceverpakkingen aan deze verplichting voldaan. Een niet onbelangrijk deel van de kleinhandelaars voldoet echter niet aan zijn verplichting omdat de overheid in gebreke is gebleven wat betreft de controle. Om haar controletaak te verlichten wil de overheid deze verplichting nu leggen bij de Belgische fabrikanten van serviceverpakkingen. De Belgische overheid kan echter geen controle uitoefenen op buitenlandse bedrijven. Met als resultaat dat buitenlandse fabrikanten en buitenlandse groothandelaars in de toekomst dezelfde producten aan hun Belgische klanten ongeveer 10% goedkoper kunnen aanbieden dan de lokale leveranciers. De gevolgen hiervan zijn vanzelfsprekend dat Belgische fabrikanten marktaandeel zullen verliezen en verplicht worden hun activiteiten geheel of gedeeltelijk te verplaatsen naar de buurlanden om concurrentiëel te blijven.
De verpakkingsindustrie doet beroep op het gezonde verstand van de ministers van milieu om samen met de verpakkingsindustrie en de kleinhandel een oplossing te bedenken die wel kan werken, bijvoorbeeld een administratieve vereenvoudiging en een vorm van beloning of ‘erkenning’ van de medewerking van de kleinhandelaars.
Naast de concurrentieverstoring ten voordele van buitenlandse leveranciers zijn er nog andere praktische problemen met de uitvoerbaarheid van het nieuwe voorstel. Het is voor een fabrikant van verpakkingen vaak onmogelijk uit te maken of het al dan niet een serviceverpakking betreft.
Er kunnen zich bijvoorbeeld problemen voordoen wanner een verpakkinggroothandelaar Franse of Nederlandse klanten heeft. De Belgische producent zal deze verpakkingen moeten leveren aan een prijs inclusief Fost Plus bijdrage ook al komen die verpakkingen niet op de Belgische markt. Het is duidelijk dat dit een marktaandeel is dat de Belgische verpakkingsproducenten gaan verliezen.